LBIO

Het Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen heeft als één van slechts enkele Nederlandse instanties zelfstandige bevoegdheid. Dit houdt in dat ze zonder tussenkomst van een rechter wet- en regelgeving mogen handhaven en dus de macht hebben om op te treden als handhaver. Dit maakt het mogelijk om deze nieuwe reglementen zonder wijziging in de grondwet en op korte termijn in te voeren.

Meer bevoegdheden LBIO

Het LBIO moet worden uitgebreid. Naast de inning van alimentatie, moeten zij ook verantwoordelijk worden voor toezicht op het naleven van omgangsregelingen en co-ouderschap gedurende gerechtelijke procedures. Op dit moment is hier geen toezicht op. Dit voorkomt de eindeloze gang naar de rechter en tussenkomst van De Raad voor de Kinderbescherming en andere organen. Dit moet door middel van digitale meldingen en verwerking gaan lopen.

Automatische procedure bij einde relatie

Het LBIO stelt vast wanneer sprake is van een relatiebreuk. Dit zijn geautomatiseerde procedures, die digitaal worden aangemeld en vervolgens op een speciale afdeling van het LBIO worden geverifieerd en verwerkt. Zodra een relatiebreuk is vastgesteld - dit geldt zowel voor gehuwde, als ongehuwde stellen - treedt automatisch co-ouderschap in werking. Meer informatie over de verdeling vindt je op de pagina co-ouderschap.

Sanctiebeleid

Bij overtreding van de regels wordt een voorwaardelijke boete opgelegd met een proeftijd van één jaar. Dit is de straf voor een eerste overtreding. Volgt een tweede schending van de reglementen, dan wordt het voorwaardelijke bedrag omgezet in een daadwerkelijke boete. Deze dient de ouder die in overtreding is binnen 14 dagen aan het LBIO te voldoen. Bij meerdere overtredingen binnen twaalf maanden wordt de boete exponentieel verhoogd.

Bezwaar

Is er sprake van huiselijk geweld of een andere exceptionele situatie? Dan dient dit aan de voorzieningenrechter te worden voorgelegd. Dat is op dit moment ook al op die manier geregeld. Overtreedt één van beide ouders de omgangsregeling vanwege dergelijke onderliggende problematiek, dan moet hij/zij binnen de 14-dagentermijn van de boete, bezwaar maken bij het LBIO. Een rechter mag alleen bij ernstig vermoeden van huiselijk geweld of mishandeling schuldig oordelen. Wat nu vaak gebeurt is dat een rechter de Raad van Kinderbescherming inschakelt, die in het belang van het kind het zekere voor het onzekere neemt en ze uit voorzorg weghoudt bij de andere ouder.